Liesje De Laet
About
CV
Contact
Wellness Centre Future Proof
Sorry
Atmospheric Measurement Program
Project Der Dingen
Project der Dingen
2012 - 2016
Valerie de Ghellinck & Liesje De Laet

fase 1 : - instructions / interchange project
>> proces in search for traveling tactility
fase 2 : - Assambled to orden
>> local research
>> inquiry
>> selection criteria (scheme’s + tools)
fase 3: - X&Y / Convexations
>> publication
>> Varia
Project der Dingen, 2013 - 2016

Traveling tactility, Liesje de Laet en Valérie de Ghellinck, Lokaal 01, 2014. Mixed media
by David Van Mieghem
Het staat helder voor ogen, het ding, maar als een fata morgana veranderd het van gedaante zodra toenadering of een concrete definitie gezocht word. Het vormt het referentiepunt in Liesje De Laet en Valérie de Ghellincks Project der Dingen. Sind 2013 is, in het kader van een residentie in De Kringwinkel Antwerpen, een meerderjarig proces tot stand gekomen, waarbinnen twee individuele kunstenaars via hun praktijk een nauwe dialoog en uitwisseling met elkaar en hun omgeving aangaan. Een gedeelde interesse voor vorm, kleur en de subject-object-relatie vormt de basis voor een wederzijdse interesse aan elkaars praktijk. de Ghellinck en De Laet beginnen een lange-afstand-samenwerking, met De Laet ter plekke in Antwerpen en de Ghellinck van op afstand in Berlijn. De samenwerking krijgt een eerste vorm door middel van geselecteerde objecten, in de poging orde te scheppen in het overweldigende aanbod van het depot van De Kringwinkel. Via methodische briefuitwisselingen met instructies en de gevonden voorwerpen uit het depot komt een dialoog tussen de kunstenaressen tot stand. Deze eerste aanzet, tentoongesteld als Traveling tactility, heeft een studie-karakter. De communicatie tussen de kunstenaressen bestaat uit een speelse interacties, bijvoorbeeld de ander regels voorschrijven en daarop ingaan of deze juist zien te omzeilen; instructies die vanuit een bepaalde verwachting worden gegeven en in antwoord daarop deze vrij interpreteren of tegendraadse reacties geven. Door middel van deformaties, toevoegingen en samenvoegingen worden structuren en formele elementen onderzocht en tastbaar gemaakt. De vorm van de gevonden voorwerpen blijft deels herkenbaar in Traveling tactility, echter zijn deze ontdaan van hun functionele bepaling en zweven in de ruimte. De artefacten die tijdens Traveling tactility zijn ontstaan vormen, ondanks individuele benadering een coherent geheel. Het ligt voor de hand de objecten als vormelijke dialoog te begrijpen die een toenadering en spiegeling tussen beide partijen beschrijft. Meer als dat tonen de objecten de vraag van methodes binnen artistieke productie en het maken van keuzes.

Het object als studieobject ligt in de traditie van de postmoderne subject-object onderscheiding. Waarbij de scheiding word gemaakt tussen enerzijds de mens als kennend en onderzoekend subject en anderzijds de werkeenheid als studieobject waarlangs kennis over de wereld buiten het subject word verkregen. Traveling tactility lijkt daarbij aan te sluiten, maar gaat een stap verder. Het begrensd zich niet enkel tot de subject-object relatie, maar vormt een driehoeksverhouding tussen subject-object-subject. Waarbij de objecten een rol krijgen in de interactie en niet zozeer in de onderscheiding maar de verbinding met een andere subjectieve waarneming. In een volgende fase binnen het Project der Dingen word een zekere afstand genomen van het object en de directe relatie tussen beide kunstenaressen. Er word de focus gelegd op de beschouwing. In plaats van directe opdrachten te geven aan elkaar volgt een studie naar waarneming en beoordeling vanuit eigen initiatief. De Laet bestudeerd de selectiecriteria die de objecten in het depot van de Kringwinkel ondergaan alvorens deze bij de consument landen. Zij vormt deze om tot een geabstraheerd schema wat doet denken aan communicatie-schema (zie afbeelding

De Ghellinck werkt verder met de objecten die tijdens Traveling tactility zijn ontstaan en smelt deze samen tot een flakkerend beeld waarin de oorspronkelijke fragmenten niet meer te herkennen zijn (zie afbeelding 3). In zowel de aanpak van De Laet als die van de Ghellinck word afstand gedaan van het eigenlijke object, het fysieke ding, en word gezocht naar achterliggende of onzichtbare structuren. In beide werken komt een dematerialisatie van het object tot stand. Helemaal verdwijnt het object echter niet, maar dient als uitgangspunt. Hoe komt een relatie tot het object tot stand? Hoe bepalend is de blik van de ander in de waarneming van het ding? Welk oordeel, welke betekenis, welke waarde word aan een bepaalde zaak gegeven?

In deze tweede fase nemen De Laet en de Ghellinck bijna als vanzelfsprekend complementaire posities in het vervolgonderzoek naar de systematische relatie tot het ding. De dematerialisatie binnen Project der Dingen kan begrepen worden als reflexieve afstand tot en logisch gevolg in de lokalisering van het ongedefinieerde, onbepaalde of onzekere. De dematerialisatie van het ding brengt de toeschouwer tot een andere waarneembare objectrelatie. In een volgende stap word de ander, de toeschouwer nog nauwer betrokken en mee uitgenodigd in de werkplaats. Bezoekers worden na sluitingstijd in het depot van De Kringwinkel rondgeleid in een begaanbare geluidsinstallatie. De productie, het werk, de werknemers ontbreken. De ruimte word gevuld met de aanwezigheid van de bezoeker en enkel het onophoudelijke tikken van de tijd. Verschillende klokken in de ruimte - de klok voor de medewerkers, klokken in de dozen met nog te selecteren objecten in het depot - worden door middel van versterkers naar de voorgrond gebracht. Het subject ondergaat een voelbare relatie tot het object, de factor tijd word waarneembaar en gaat niet langer onopmerkelijk voorbij. In deze weerklank van het object word de eigen aanwezigheid
in de ruimte versterkt. Op het moment dat het object volledig lijkt te verdwijnen word vanuit die dematerialisatie terug en
opnieuw een directe uitwisseling tussen subjecten aangegaan. In de daarop volgende periode worden dialogen, commentaren, gedachten en diverse beschouwingen verzamelt. Het circulaire of beter spiraalvormige karakter van Project der Dingen word versterkt door gesprekken tussen De Laet en de Ghellinck met elkaar over de eigen samenwerking en met derden over het project. In de gelijknamige publicatie Project der Dingen word het vanaf 2013 ontstane materiaal geselecteerd, beeldmateriaal met text verbonden en de verschillende fases non-linear geïntegreerd op papier. De Laet en de Ghellinck scheppen via dit medium een overzicht van een langdurig-traject, alsook een nieuwe tijdsbeleving en waarneming van Project der Dingen. Telkens word verdiepend terug gegrepen op plaatsgevonden situaties, door het herlezen en herbespreken van Project der Dingen op een ander tijdstip, met andere personen, door het opnieuw in vraag stellen van de eigen en de andere artistieke praktijk. Vanuit een reciprocitieve impuls ontstaan nieuwe samenstellingen en worden nieuwe processen opgang gezet. Verder worden de unieke objecten die tijdens Travelings tactility zijn ontstaat en het Project der Dingen tot en met de publicatie fysiek hebben gevolgd enkel nog als fotodocumentatie opgenomen (zie afbeelding 4, 5 en 6) en uiteindelijk terug te geven/geschonken aan De Kringwinkel. Bij deze reproductie van de eigen kunstpraktijk komt gelijk Walter Benjamins „Das Kunstwerk im Zeitalter seiner technische Reproduzierbarkeit“ in gedachte. In het klassieke werk stelt Benjamin dat het hier en nu, de plaatsbepaaldheid, de echtheid van het object verloren gaat door de technische reproductie van het kunstwerk.* De Laet en de Ghellinck lijken met de publicatie de reproductie van Project der Dingen te instrumentalisten om zich vrij te maken van gemaakte beslissingen en de éénmaligheid van het object op te heffen.

Wat behouden blijft is de samenwerking tussen de kunstenaressen. Dat is waar het Project der Dingen rond cirkelt. De Laet en de Ghellinck begaan met Project der Dingen een alomvattend onderzoek naar de relatie tot het object en tot de ander. Het ding is een onbepaalde factor, die telkens opnieuw - forever of never-ending - bepaald kan worden door verschillende subjecten, door tijd of door context en onophoudelijk in reflectie tot de eigen en met de andere praktijk gezocht en onderzocht word. Het ding dat precies dan, op dat gegeven moment, zijn vorm weet te vinden.

Frederiek Weda

* Benjamin, Walter, Das Kunstwerk im Zeitalter seiner technische Reproduzierbarkeit (1934/1935). In: Gesammelte Schriften / Walter
Benjamin. Frankfurt am Main: Suhrkamp, 1991. P. 475-476.
Convexations, VARIA, De Kringwinkel Antwerpen, 2016, Audio Installation
Convexations, VARIA, De Kringwinkel Antwerpen, 2016, Audio Installation (film & audio by Nico Duvinage, installation with the technical support of Christoph De Boeck)
by André Wunstorf
Archive
The Garland Strategy
Liesje De Laet en Valérie de Ghellinck

communication diagrams - Project der Dingen
Traveling tactility, Liesje de Laet en Valérie de Ghellinck, Lokaal 01, 2014. Mixed media
by David Van Mieghem
Traveling tactility, Liesje de Laet en Valérie de Ghellinck, Lokaal 01, 2014. Mixed media
by David Van Mieghem
Traveling tactility, Liesje de Laet en Valérie de Ghellinck, Lokaal 01, 2014. Mixed media
by David Van Mieghem
Press